Contact
Zoeken in
naar

Voorwaarden voor verhuur

VOORWAARDEN VAN VERHUUR 2018

 

Artikel 1. Verplichtingen van de leden

Door het aangaan van een huurovereenkomst met de moestuinvereniging “Koudenhoorn” is de huurder automatisch lid van die vereniging. Elke huurder betaalt een borg op basis van het aantal m2 gehuurde tuin.

Hierdoor is de huurder, als goed lid en indien dit in zijn/haar vermogen ligt, verplicht op verzoek hand- en spandiensten te verrichten t.a.v. de centrale voorzieningen. Deze hand- en spandiensten moeten minimaal 2 x per jaar worden verleend.

Als aan deze verplichting zonder overleg met het bestuur niet wordt voldaan, kan het bestuur een boete opleggen  van € 50,- per keer. Bij verder in gebreke blijven kan het bestuur gebruik maken van artikel 8 lid 6 van de statuten.

 

Artikel 2. Gebruik van de tuin.

Artikel 2.1

Het in huur gegeven perceel grond mag niet worden gebruikt ter nastreving van enig economisch oogmerk, noch ter uitoefening van enig bedrijf in welke vorm dan ook, maar uitsluitend en alleen voor recreatief doel. Het mag dus slechts als (moes)tuin worden gebruikt.

Artikel 2.2

Zonder dispensatie van de verhuurster is het de huurder niet toegestaan het in huur gegeven perceel onder te verhuren, c.q. aan derden in gebruik te geven.

Artikel 2.3

Het is huurder verboden om op het hem in huur verstrekte perceel klein vee of pluimvee te houden, dan wel tijdens zijn/haar verblijf op het perceel bij zich te hebben. Andere huisdieren mogen geen overlast veroorzaken.

Op last van het gemeentebestuur mogen op het terrein geen bijenkasten worden geplaatst.

 

Artikel 3. Bouwwerken in de tuin.

Artikel 3.1.

Het is de huurder toegestaan op zijn perceel, ongeacht de grootte ervan, de volgende bouwwerken te plaatsen,.:

A)        Zonder toestemming van het bestuur,

- een gereedschapskist ter grootte van max. 200 x 80 cm.

En:

- een koude bak of verwijderbare tunnelkas, met een oppervlakte van max.500 x 150 cm, of  een verwijderbare foliekas met een oppervlakte van max. 5 m2.

B)        Met toestemming van het bestuur en na afgifte van een vergunning door de gemeente Teylingen kan éen van deze vervangen worden door:

- één permanente kas met een oppervlak van max. 6,5 vierkante meter en een nokhoogte van maximaal 2,50 meter.

De huurder dient hiertoe een schriftelijk verzoek in bij het bestuur met een tekening van het bouwwerk en de gewenste plaats, alsmede een omschrijving. Na toestemming van het bestuur is de huurder gerechtigd een bouwvergunning aan te vragen bij de gemeente Teylingen. Plaatsing is alleen toegestaan als er een kopie van de bouwvergunning is afgegeven aan het bestuur.

In het tuinseizoen mogen bouwwerken geen schaduw werpen op of anderszins overlast geven aan aangrenzende tuinen. Bovendien moeten langs een permanente kas minimaal de volgende stroken worden vrijgehouden:

  •  2 meter vanaf de slootkant.
  •  1 meter vanaf de kant bij het pad.
  •  1 meter vanaf aangrenzende tuinen.

Plaatsing van bouwwerken is op eigen risico en laat onverlet dat anderen achteraf bezwaar kunnen maken.

Artikel 3.2

Alle bouwwerken bedoeld in art. 3.1 moeten bestand zijn tegen extreme weersomstandigheden en moeten in goede conditie zijn. Zo niet dan moeten ze worden verwijderd van 1 november tot 1 april.

Artikel 3.3

Verhuurster is gerechtigd iedere bebouwing en/of voorziening anders dan de in art. 3.1 toegestane, dadelijk en zonder waarschuwing te (doen) verwijderen, van welke verwijdering de kosten ten laste van de huurder komen, bij aanmaning onmiddellijk te voldoen.

 

Artikel 4. Verplichtingen t.a.v gemeenschappelijke paden en sloten

Huurder is gehouden de door verhuurster op het terrein tussen de percelen aangebrachte paden vrij en intact te laten en te onderhouden voor zover die aansluiten op diens tuin, en de slootkanten voldoende vrij te houden om de jaarlijkse door de gemeente uitgevoerde schoonmaak mogelijk te maken.

 

Artikel 5. Vervoermiddelen en gereedschap

Artikel 5.1

Voor het vervoer van tuinmaterialen stelt de vereniging vervoermiddelen beschikbaar. Andersoortige vervoermiddelen zijn alleen na dispensatie door het bestuur toegestaan.

Artikel 5.2

Geluidshinder veroorzakend gereedschap mag worden gebruikt voor zover dit geen overlast aan andere tuiniers geeft. Hiervan is uitgezonderd het algemeen onderhoud aan het complex dat door het bestuur is georganiseerd.

 

Artikel 6. Beperkingen bij beplanting

Artikel 6.1

Het is de huurder verboden gewassen te verbouwen die aan medehuurders overlast bezorgen, zulks door verhuurster te bepalen.

Artikel 6.2

Fruitbomen of -struiken met een hoogte tot 2,5 meter zijn toegestaan.

In het tuinseizoen mogen bomen of struiken geen schaduw werpen op aangrenzende tuinen, of het schonen van sloten of paden belemmeren.

Dat wordt geacht het geval te zijn als minimaal de volgende stroken worden vrijgehouden:

  •  2 meter vanaf de slootkant.
  •  1 meter vanaf de kant bij het pad.
  •  1 meter vanaf aangrenzende tuinen.

Het planten is op eigen risico en laat onverlet dat anderen achteraf bezwaar kunnen maken.

Artikel 6.3

Indien noodzakelijk zal de verhuurster de huurder informeren over gewassen die gedurende een zekere periode niet mogen worden verbouwd.

Ter voorkoming van aardappelziekten mogen aardappels pas na 3 jaar weer op dezelfde plaats worden geteeld. Leden tekenen hun teeltschema op in het daarvoor bestemde boek. Het bestuur is gerechtigd hierop toe te zien.

Artikel 6.4

De huurder houdt zich aan alle relevante wetten en lokale regelingen.

 

Artikel 7. Verplichtingen t.a.v. medetuiniers en gemeenschappelijke voorzieningen

Artikel 7.1

Huurder neemt de zorgplicht op zich voor het hem/haar in huur gegeven perceel en verplicht zich al die dingen te doen en na te laten welke de wet en deze overeenkomst dan wel de omstandigheden van hem vragen. De huurder is verplicht zijn tuin, inclusief de slootkant en de aangrenzende sloot goed te onderhouden. Hardnekkige onkruiden zoals: heermoes, riet, zevenblad, winde, brandnetel, kweek, paardenbloem, mogen slechts in beperkte mate voorkomen.

Ook alle onkruid waarvan het zaad pluist of wegschiet en dat zich op die manier op buurtuinen kan uitzaaien, moet op tijd worden verwijderd.

Artikel 7.2

Twee aangrenzende huurders regelen in goed overleg de gemeenschappelijke afscheiding.

Artikel 7.3

Op het complex is een centrale compostplaats en een centrale takkenwal voor houtig snoeiafval aanwezig die bestemd is voor groenafval van gezamenlijk terrein. Huurders dienen hun groenafval op eigen tuin te verwerken of zelf af te voeren van het eiland. Slechts met toestemming en in aanwezigheid van een bestuurslid of een door het bestuur aangewezen gemachtigde persoon mogen beide worden gebruikt door individuele huurders. Deze huurders dienen dan ook mee te werken met de verwerking van dit groenafval.

Artikel 7.4

Al het overige afval dient door de huurder zelfstandig van het terrein te worden verwijderd.

Dit afval mag dus niet op de plaatsen genoemd onder 7.3 worden gedeponeerd.

Artikel 7.5.

Op het complex is een blokhut voor gemeenschappelijk gebruik. Bij gebruik van de blokhut is huurder verplicht evt. aanwijzingen van het bestuur op te volgen.

 

Artikel 8. Aansprakelijkheid

Verhuurster kan op geen enkele wijze aansprakelijk worden gesteld voor al hetgeen door of vanwege de huurder of andere huurders c.q. derden wordt aangebracht, gedaan of nagelaten. Huurders handelend in opdracht van het bestuur vallen onder de verzekering die het bestuur hiervoor heeft afgesloten.

 

Artikel 9. Garantie tot de voordeur

Verhuurster verstrekt geen enkele garantie over de kwaliteit van de door haar in huur afgegeven grond.

 

Artikel 10. Start en beëindiging van de huurovereenkomst

Artikel 10.1

De huurovereenkomst wordt aangegaan voor een bepaalde tijd en wel voor een jaar, voor het eerst van 1 januari 1986 t/m 31 december 1986. Door het aangaan van een huurovereenkomst accepteert de huurder de tuin in de staat waarin die zich bij het ingaan van de overeenkomst bevindt en de verplichtingen die uit deze Voorwaarden voortvloeien. De verschuldigde borg moet binnen twee weken na ondertekening van het contract worden betaald.

Artikel 10.2

Verlenging van de huurovereenkomst vindt stilzwijgend plaats, tenzij uiterlijk 3 maanden voor het verstrijken van enig huurjaar schriftelijk wordt opgezegd. Huurders zijn niet gehouden reden van opzegging te vermelden. Bij tussentijds opzeggen ontstaat geen recht op restitutie van de huursom en contributie, of een pro rata gedeelte daarvan.

Artikel 10.3

Bij opzegging van de huurovereenkomst door de verhuurster moet worden voldaan aan de gestelde regels.

Artikel 10.4

Alleen met uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van verhuurster kan gedurende een huurjaar de overeenkomst op een andere naam worden overgeschreven. Hierbij zal echter geen aanspraak op een restitutie van de huursom of een pro rata gedeelte daarvan kunnen worden gemaakt.

Artikel 10.5

Bij niet verlengen van de huurovereenkomst, ongeacht door wie van de partijen is opgezegd, moet huurder de grond schoon en vrij van gewassen en bouwwerken opleveren. Als dit op 1 januari naar het oordeel van het bestuur niet gedaan is, vervalt het recht op teruggave van de betaalde borg.

De boedel die op 1 januari nog aanwezig is vervalt aan de vereniging.

Kosten, door de verhuurster voor schoonmaken te betalen, en die uitgaan boven het bedrag van de vervallen borg kunnen op de huurder worden verhaald.

De vertrekkende en nieuwe huurder kunnen onderling regelen welke zaken er over worden genomen, maar de nieuwe huurder heeft geen verplichting tot overname. Op geen enkele manier kan een vertrekkende huurder een vergoeding eisen, in geld of in natura, voor het overnemen van opstallen of overblijvende gewassen.

Artikel 10.6

De coördinator verhuur maakt een afspraak met het vertrekkende lid betreffende het inleveren van de sleutels, rekening houdend met artikel 10.5. Na inlevering, en uiterlijk bij het ingaan van het nieuwe verenigingsjaar, heeft het vertrekkende lid geen toegang meer tot de tuin.

De coördinator verhuur beslist over de teruggave van de borg, en informeert hierover de penningmeester.

Artikel 10.7

Bij het verhuren van een vrijkomende tuin wordt door het bestuur de volgende prioritering in acht genomen:

1. Bestaande leden die hun tuin willen uitbreiden tot maximaal 150 m2 door het extra huren van naastgelegen grond.

2. Bestaande leden die een andere tuin willen die maximaal 150 m2 is, ook al laten zij een kleinere tuin achter. Deze tuin dienen zij in goede staat achter te laten.

3. Nieuwe leden, in volgorde van de wachtlijst.

Bij zwaarwegende argumenten kan het bestuur gemotiveerd hiervan afwijken. Het bestuur neemt de uiteindelijke beslissing.

 

Artikel 11. Boter bij de vis

De huursom zal jaarlijks opnieuw worden vastgesteld en dient bij vooruitbetaling te worden voldaan.

Door niet betalen binnen de gestelde tijd zal de huurovereenkomst onmiddellijk kunnen worden ontbonden door de verhuurster, zonder dat daartoe enige ingebrekestelling noodzakelijk zal zijn. Het bepaalde in artikel 10.5 is daarbij onverminderd van kracht.

 

Artikel 12. De kleine lettertjes

Door ondertekening van de bij deze voorwaarden behorende huurovereenkomst verklaren beide partijen zich met de inhoud van de voorwaarden bekend en akkoord.